Wereldwijd bestaan er vele runderrassen, waaronder de Fleckvieh. De Fleckvieh staat op de tweede plaats van meest voorkomende runderrassen ter wereld, en dat is niet zonder reden: ze hebben een goede melkproductie, een uitstekende vleesopbrengst en ze zijn minder vatbaar voor veel voorkomende ziektes onder runderen. Bovendien zijn het prachtige koeien om te zien met een zeer vriendelijk en toegeeflijk karakter. Ze worden op grote schaal gebruikt in de commerciële melk- en vleesindustrie, maar ook als veredelaar van andere runderrassen is de Fleckvieh zeer geliefd.
Andere benamingen
De Fleckvieh staat ook bekend onder de namen:
- Simmental-Fleckvieh
- Vlekvee
Land van herkomst
De Fleckvieh komt oorspronkelijk uit Duitsland en Oostenrijk, alhoewel Duitsland als de grootste grondlegger van dit ras wordt gezien.
Geschiedenis van de Fleckvieh
De fleckvieh is een runderras dat is ontstaan in Oostenrijk en Duitsland. Het ras is ontstaan uit kruisingen met roodbonte Simmenthalers. De dieren worden, doordat de Simmenthaler als voorvader wordt gezien, ook wel Simmenthal-Fleckvieh genoemd. Fleckvieh-runderen zijn erg populair over de gehele wereld. Het is dan ook niet voor niets dat de Fleckvieh wereldwijd op de tweede plaats staat qua aantal runderen, er zijn (volgens de laatste tellingen in 2014) ruim 41 miljoen dieren opgenomen in het stamboek. Sinds de 21e eeuw is de Fleckvieh geliefder dan ooit, en dat is ook te zien in het aantal Fleckvieh-runderen en Fleckviehkruislingen die er anno 2020 rondlopen: de Fleckvieh-populatie is nog nooit zo hoog geweest.
Fleckvieh wordt vooral ingezet als dubbeldoelras voor de melk en het vlees. Ook is het een geliefde veredelaar van andere rassen als de Holstein, Zweeds roodbont, Jersey en Montbeliarde.
Uiterlijke kenmerken van dit koeienras
Als je naar de Fleckvieh kijkt, zie je een sterk en vitaal rund, dat in staat is om te leven in welk weertype en klimaat dan ook. De Fleckvieh komt om die reden dan ook wereldwijd voor. Het ras is zeer sterk en weinig ziek: er hoeft minder vaak een veearts gebeld te worden. De koeien hebben veel inhoud en zijn goed breed. Ze staan bekend om hun grote voeropname-capaciteit, wat inhoudt dat ze met een standaardportie voeding veel melk en vlees kunnen produceren. Ook de vruchtbaarheidscyclus van Fleckvieh-koeien kan als goed tot zeer goed bestempeld worden.
De koeien moeten volgens het stamboek goed gespierd zijn, een schofthoogte van 138 tot 142 centimeter en een hoog gewicht hebben. Stieren wegen tussen de 1100 en 1300 kilo, terwijl koeien iets lichter zijn (maar toch behoorlijk grof) met hun 700 tot 800 kilogram. De dieren die in het stamboek van Fleckvieh opgenomen zijn, moeten aan zeer strenge eisen voldoen voordat zij voor de fok goedgekeurd worden. De belangrijkste eisen waarnaar gekeken wordt bij goedkeuring voor de fok, zijn:
- Strakke, goed gevormde uier
- Makkelijk melkbare uier
- Droge en harde benen
- Sterke klauwen
- Melkproductie: 7000 kg of meer
- Minstens 3,9 % vet in de melk
- Minstens 3,7% eiwit in de melk
Fleckvieh-runderen zijn rood of bruinbont, waarbij de kop overwegend wit van kleur moet zijn.
Karakter van deze koe
Fleckvieh-koeien staan bekend om het vermogen om zich zeer gemakkelijk aan te passen aan verschillende omstandigheden. Mede om die reden is het ook een zeer geliefd en veel voorkomend rundveeras dat over de hele wereld gehouden wordt. Ze hebben een sterk weerstandsvermogen, waardoor ziektes minder vaak voorkomen. Ook zijn ze erg vredelievend, waardoor ze gemakkelijk te houden zijn in grote kuddes koeien die dicht op elkaar staan, en kunnen mensen zich veilig tussen de Fleckvieh begeven. Voorwaarde hiervoor wel is dat de Fleckvieh van jongs af aan al in aanraking is gekomen met mensen en zij geleerd hebben te ‘luisteren’ naar de mens.
Gebruiksmogelijkheden van deze koeien: een zeer capabel dubbeldoelras
Fleckvieh-koeien worden voornamelijk ingezet als dubbeldoelras. Hiermee wordt bedoeld dat ze zowel voor de melkproductie als voor het vlees gehouden worden. In Nederland – en de meeste andere landen – houdt dit in dat stieren al vanaf de geboorte opgefokt worden voor het vlees. Koeien (de vrouwelijke dieren) worden in eerste instantie gehouden voor de melk. Pas wanneer de melkproductie terugloopt, wordt de koe ook gemest voor het vlees en bij het gewenste gewicht naar de slacht gevoerd.
Naast de inzet als dubbeldoelras wordt de Fleckvieh ook op grote schaal ingezet om andere runderrassen te veredelen, om bij die rassen de melkproductie en vleesaanzet te verhogen en de kans op ziektes bij die rassen te verkleinen. Ze worden vooral ingezet voor de veredeling van de
- Holstein
- Zweeds roodbont
- Jersey
- Montbeliarde
Veredeling van de bestaande veestapels in Nederland
In Nederland werden lange tijd overwegend Holstein-koeien gehouden voor de melk. Maar Fleckvieh heeft met recht de tweede plaats ingenomen van meest voorkomende runderras ter wereld: ze hebben een goede melkproductie, zeer weinig tot geen ziektegebreken en ook hun vleesopbrengst is naar wens. Anno 2020 wordt de Fleckvieh steeds populairder, en dit is ook in Nederland te zien.
Steeds meer boeren besluiten over te gaan op Fleckvieh-koeien of laten hun huidige veestapel dekken door of insemineren met sperma van Fleckvieh-stieren. Op deze manier wordt hun huidige veestapel versterkt en verbeterd, zonder de aanschaf van een geheel nieuwe veestapel.
In de meeste gevallen wordt er gekruist met Holstein, Zweeds roodbont, Jersey en Montbeliarde, maar ook andere rassen worden veelvuldig veredeld met Fleckvieh-bloed. Anno 2020 bestaat het overgrote deel van de Nederlandse veestapel uit Fleckvieh-runderen en runderen welke voor een deel Fleckvieh-bloed door hun aderen hebben stromen.
Bijzonderheden van deze runderen
De Fleckvieh is met recht één van de grootste runderpopulaties ter wereld. Het stamboek telt maar liefst zo’n 41 miljoen geregistreerde dieren. Daar zijn de dieren die niet in de stamboeken zijn opgenomen (zoals kruisingen met Fleckvieh) nog niet eens bij opgeteld.